dinsdag 5 februari 2008

Child Play 1914


Dit is Nick Nolan, infanterist, vlak voor zijn vertrek naar het front. Hij heeft zojuist de laatste keuring doorstaan. Het leger schreeuwt om kanonnenvlees.
Het eerste deel van zijn uitrusting, het geweer, heeft hij al ontvangen. Het kleinste type, eigenlijk worden deze geweren niet meer gebruikt. Een uniform zal later komen, evenals passend militair schoeisel en een helm. Een baret heeft hij al wel gekregen, waardoor hij als een echte, zelfbewuste soldaat de wereld in blikt.
De knapzak is van thuis. Hierin zitten de boterhammen die zijn moeder heeft gesmeerd. Ze deed dat elke dag, boterhammen smeren, voor Nick naar school ging.
Eergisteren, vroeg in de ochtend, had Nick gezegd: ‘Vandaag ga ik me melden bij het leger.’
‘Oh,’ had zijn moeder geantwoord, ‘moet je ook brood mee?’
‘Ja,’ zei Nick, ‘doe maar voor twee dagen. Ik weet niet wanneer ik daar weer wat krijg.’
Moeder was aan de slag gegaan. Brood, extra boter, jam en worst. Haar hoofd vol gedachten, een mengeling van trots, twijfel en angst. Haar zoon ging bij het leger. Haar zoon zou het vaderland dienen en misschien een held worden, maar evengoed kon ze binnenkort aan zijn graf staan. Ze deed er een extra appel bij. Die waren schaars, maar hij zou het nodig hebben, haar jongen.
Zoals iedere dag zwaaide ze hem bij zijn vertrek uit. Deze keer liep ze zelfs mee tot aan de straat.
‘Kijk goed uit,’ zei ze, ook als altijd.
‘Ja moeder,’ antwoordde hij, maar het leek alsof hij met zijn hoofd al heel ergens anders was.
Hij kuste zijn moeder, draaide zich om en liep weg met een ferme pas, richting de velden van roem en eer.
Moeder keek hem na tot hij de hoek om ging. Daarna ging ze naar binnen en begon de ontbijttafel op te ruimen. Ze zou die dag niet meer eten want pas morgen kon ze met de bonnen nieuw brood en boter krijgen. Als Nick de eerste dagen maar door kwam.
Maar Nick kende geen twijfel. Het land was in oorlog, de wereld was in gevaar, en er moesten mensen zijn om die oorlog in naam van Zijne Majesteit te voeren.
Het vaderland riep hem, en hij gehoorzaamde.
Nu wordt er, op de achtergrond, druk overlegd over Nick. Is het verantwoord? Waar halen ze een uniform in de juiste maat vandaan, en kisten die klein genoeg zijn voor hem om stevig op te kunnen marcheren en door de Vlaamse modder te baggeren? En zou hij de zware bepakking in de ransel kunnen dragen?
Nick kent geen twijfel. Hij zal de vijand onverschrokken te lijf gaan en hem een lesje leren, hij zal het land redden en de bondgenoten erbij en als zijn taak er op zit zal hij thuis komen, zijn van blijdschap huilende moeder in de armen vallen en voor altijd voor haar zorgen.
Christus zei: ‘Laat de kinderen tot mij komen en verhindert ze niet, want hunner is het koninkrijk.’


De opdracht van Filosofie Magazine was: maak een bijschrift van maximaal 500 woorden voor deze foto. Het lukte niet zo goed.